De afgelopen paar maanden hebben er heel wat sportieve evenementen plaatsgehad en bij een paar daarvan hebben Nederlandse sporters medailles of wedstrijden gewonnen. Zo wonnen Nederlandse sporters 59 medailles op de paralympische spelen en 38 op de olympische spelen. Verder werden er twee tour-etappes gewonnen en heeft Verstappen vandaag de Grote Prijs van Nederland gewonnen.
Olympische medailles en/of een F1 race of een touretappe winnen is geen kattepis. Tweede of derde worden trouwens ook niet. Dat kost jaren van trainen, oefenen en alles opzij zetten voor dat éne doel: bij de wereldtop komen van de sport. En als dat lukt, dan heeft een sporter alle recht op respect. Dat krijgen ze gelukkig ook en vaak worden ze in hun woonplaats en/of in Amsterdam door de stad geparadeerd zodat iedereen ze eens flink kan toejuichen. Hardstikke leuk.
Een ander onderdeel van de festiviteiten is soms een audiëntie bij Willem en Máxima, met, voor winnaars van een gouden medaille en finalisten van wereldkamppioenschappen, een koningklijke onderscheiding. Ook dat lijken sporters leuk te vinden en dat snap ik dan weer niet. Heb je alles opzijgezet voor dat éne doel en dan moet je doen alsof je vereerd bent met een hand en eventueel een speldje van een kerel die werkelijk helemaal niets heeft hoeven presteren of opzijzetten om zijn huidige positie te bereiken. Ik zou me eerder beledigd dan gerespecteerd voelen.